

Klaas Wiedijk
De Nederlandse fijnschilder Klaas Wiedijk heeft zijn bekendheid vooral verworven met zijn stillevens. Hoewel het een eeuwenoud genre betreft, zijn de schilderijen van Wiedijk duidelijk herkenbaar als van deze tijd. Kenmerkend zijn de lichte achtergronden waartegen de objecten afsteken, en ook de helderheid van de afgebeelde objecten valt direct op. De techniek uit die tijd, de temperatechniek (tempera onderschildering met olieverf als bovenlaag) heeft hij zich eigen gemaakt en past hij veelvuldig toe in zijn werk. In zijn stillevens komen overwegend warme, heldere kleuren naar voren, afgewisseld met een fonkelend accent. Voor Wiedijk kan elk mogelijk object interessant zijn, en het is dankzij zijn oog voor detail dat de gekozen voorwerpen telkens op hun plaats lijken binnen de compositie. Geschilderd met een uitmuntende techniek en een grote gevoeligheid gaat een bijzondere rust uit van de stillevens van deze kunstenaar.
Klaas Wiedijk vergelijkt het schilderen van een stilleven, dat nu juist een rustige bezigheid lijkt, met een jacht. De jacht naar het juiste object, de juiste compositie en de noodzakelijke snelheid die bij bederfelijke waar nodig is. "Schimmel, verkleuring en de ondragelijke stank van vis en gevogelte zijn een straf voor trage schilders en funest voor de compositie", zo zegt de schilder.
Bron | Artodyssey
Klaas Wiedijk werd in 1953 geboren in Hoogvliet. Hij tekende en schilderde van jongs af aan en zijn eerste bezoek aan een kunstenaarsatelier was voldoende om hem ervan te overtuigen dat schilderen was wat hij wilde doen in zijn leven. Wiedijk studeerde (onder andere) aan de kunstacademie in Utrecht, waar hij opviel vanwege zijn realistische manier van werken. Zijn talent voor natuurgetrouwe nabootsing heeft Wiedijk overigens nooit alleen gebruikt voor het schilderen van stillevens, ook trekt het surrealisme hem bijzonder aan. De artistieke vrijheid die het met zich meebrengt om het onderwerp al schetsend te bepalen, heeft hem altijd enorm aangesproken. Personen die de identiteit van een denkbeeldig karakter hebben aangenomen staan in deze schilderijen centraal. Perfectionisme in stofuitdrukking en verfbehandeling typeert echter ook dit werk. Naast de fijngeschilderde stillevens, blijft de kunstenaar van tijd tot tijd de behoefte voelen om iets radicaal anders te proberen, hetgeen kan variëren van totale abstractie tot beeldhouwkunst.
Met de grootste zorgvuldigheid componeert Wiedijk zijn stillevens. Hij is altijd op zoek naar interessante objecten en neemt soms dagenlang de tijd om een uitgebalanceerd stilleven samen te stellen. De richting van het steeltje van de peer of het contrast tussen twee achter elkaar staande objecten; geen detail ontgaat de kunstenaar. Wiedijk besteedt ook grote aandacht aan de manier waarop de vormen zich tot elkaar verhouden. Soms kiest hij voor een uitbundige compositie waarin een grote hoeveelheid uiteenlopende objecten figureren, dan weer kiest hij juist voor een ingetogen stilleven waarin enkel een paar stuks van hetzelfde soort fruit in een kwetsbaar evenwicht staan. Het schilderen doet Wiedijk met dezelfde aandacht en toewijding waarmee hij het stilleven componeerde. Telkens opnieuw slaagt de kunstenaar erin om tot een sublieme stofuitdrukking te komen, of het nu om een oud emaille kannetje gaat, een kanten tafelkleedje of de huid van een perzik. Een streven naar perfectie vormt altijd de kern van de werkwijze van Wiedijk. Bijzondere aandacht gaat uit naar de contrasten in het schilderij, omdat contrast zorgt voor dramatiek. En hoe harmonieus de panelen van deze kunstenaar ook lijken, een zekere spanning gaat er ook telkens in schuil. En de lichte, heldere kleuren waaruit zijn composities zijn opgebouwd, maken dat de schilderijen van Klaas Wiedijk passen in elk modern interieur.
Klaas Wiedijk schildert fijne, uitgebalanceerde stillevens die in techniek en vormgeving aansluiten bij de stilleven traditie van de Gouden Eeuw. Maar in tegenstelling tot wat men wellicht denkt bij het zien van zijn stillevens, namelijk dat het schilderen ervan een rustgevende bezigheid is, vergelijkt de schilder het ontstaan ervan met jagen. Met vluchtige houtskoolstreken wordt de vorm gevangen. Grijze ei-tempera legt de vage lijnen van de weggepoetste schets vast. Met olieverf jaagt Wiedijk vervolgens op het zwartste zwart, dan op de schaduwen. Wanneer de kleur bepaald is, wordt het wit weg geschilderd. Alleen daar waar het nodig is, blijft de ondergrond zichtbaar. Aanvankelijk neemt hij afstand van het doek maar als het de voltooiing nadert, zit hij er dicht op om alle details exact te kunnen weergeven. Hoe fijn de stillevens ook zijn in techniek en stofuitdrukking, het gaat de schilder niet om een fotografische manier van schilderen. Kleuren worden in harmonie gebracht, contrasten vergroot of verkleind totdat het beeld op het schilderij in evenwicht is. Van het zwoegen en haasten om het uitgestalde stilleven te vangen, is niets meer terug te vinden in het schilderij.
Daar heerst stilte en rust.
| Tekst | Esther Nienhuis
| Opleidingen >
| Gerrit Rietveld Academie, Amsterdam
| Hogeschool Beeldende Kunsten Artibus, Utrecht
| Tekst | Esther Nienhuis
| Bron | catalogus Smelik & Stokking Galleries
| Bron | Jubileum catalogus Smelik & Stokking Galleries